Waarom de boeren boos zijn op de provincies

De protestacties van boeren richten zich niet meer alleen op het kabinet en de Tweede Kamer, maar ook op de provincies. Die spelen een eigen rol in de stikstofcrisis. Hoe zit dat? Een korte uitleg.
Op 4 oktober maakte minister Schouten (ChristenUnie, Landbouw) bekend hoe ze er op korte termijn voor wil zorgen dat er minder stikstof terechtkomt in Natura 2000-gebieden. Centraal onderdeel van haar maatregelen was een reductie van de stikstofuitstoot in de landbouw. Doel was om weer bouwvergunningen te kunnen verlenen.
Daar komen de provincies in beeld: zij gaan over die vergunningen. De twaalf provincies stelden daarom op 8 oktober hun regels op voor het verlenen van vergunningen met toepassing van het zogenoemde salderen. De salderingsregels bepalen dat er per saldo geen stikstof bij mag komen. In een gebied moeten dus bronnen van uitstoot verdwijnen, om een nieuw project dat leidt tot een toename van de stikstofuitstoot mogelijk te maken.
Realiteit vs. vergunning
Voor het bepalen van de stikstofruimte die boeren kunnen verkopen als ze stoppen, ging Schouten in haar Kamerbrief van 4 oktober uit van de stalcapaciteit. Als een boer een stalcapaciteit heeft van 100 koeien (met bijbehorende uitstoot) en nu maar 90 koeien houdt, kan de boer toch stikstofruimte voor 100 koeien verkopen.
De provincies gaan in hun afspraken van 8 oktober een stap verder: zij gaan uit van het feitelijke aantal koeien, in dit geval dus 90. De boer verliest in de regels van de provincie dus een deel van de stikstofruimte - en daarmee geld.
De stikstofuitstoot moet bij 'extern salderen', dat wil zeggen als een bedrijf wordt verkocht, omlaag. Ook van Schouten. Een nieuwe partij kan volgens de minister 70 procent van de oude stikstofruimte overnemen. Provincies berekenen die dus minder gunstig dan in het voorstel van Schouten. Ook komen dier- en fosfaatrechten te vervallen.
Dat laatste maakt voor een bouwbedrijf misschien niet uit. Maar voor boeren wel. Want boerderij A kan dan wel 70 procent van de stikstofrechten van boerderij B kopen, maar dan worden tegelijkertijd de dierrechten van boerderij B ingenomen. Dierrechten zijn nodig om varkens, kippen of koeien te mogen houden. Door het innemen van dierrechten bij de verkoop van stikstofrechten kunnen er dus minder dieren in het land worden gehouden.
En als een boer op zijn erf een extra stal wil plaatsen, mag dat alleen als hij in de nieuwe situatie niet meer uitstoot dan daarvoor ('interne saldering'). Ook niet als er volgens de vergunning nog stikstofruimte 'over' is.
Echte reductie
De strengere regels zijn volgens de provincies nodig om ze juridisch houdbaar te maken, en daadwerkelijk een uitstootreductie te realiseren. De Raad van State oordeelde eerder dat de stikstofaanpak juridisch niet deugde.
Boeren voelen zich nu benadeeld. Vrijdag gingen boze agrariërs al verhaal halen bij het provinciehuis in Leeuwarden. De provincie Friesland besloot enkele uren later de beleidsregels voor salderen in te trekken; inmiddels hebben ook Drenthe, Gelderland en Overijssel dat gedaan.
De keerzijde daarvan is dat er in deze provincies voorlopig geen vergunningen afgegeven kunnen worden. En de vraag is hoe de overige provinciebesturen omgaan met de druk van de boeren.
 Waarom de boeren boos zijn op de provincies (nos.nl)

De protestacties van boeren richten zich niet meer alleen op het kabinet en de Tweede Kamer, maar ook op de provincies. Die spelen een eigen rol in de stikstofcrisis. Hoe zit dat? Een korte uitleg. Op 4 oktober maakte minister Schouten (ChristenUnie, Landbouw) bekend hoe ze er op korte termijn voor wil zorgen dat er minder stikstof terechtkomt in Natura 2000-gebieden. Centraal onderdeel van haar maatregelen was een reductie van de stikstofuitstoot in de landbouw. Doel was om weer bouwvergunningen te kunnen verlenen. Daar komen de provincies in beeld: zij gaan over die vergunningen. De twaalf provincies stelden daarom op 8 oktober hun regels op voor het verlenen van vergunningen met toepassing van het zogenoemde salderen. De salderingsregels bepalen dat er per saldo geen stikstof bij mag komen. In een gebied moeten dus bronnen van uitstoot verdwijnen, om een nieuw project dat leidt tot een toename van de stikstofuitstoot mogelijk te maken. Realiteit vs. vergunning Voor het bepalen van de stikstofruimte die boeren kunnen verkopen als ze stoppen, ging Schouten in haar Kamerbrief van 4 oktober uit van de stalcapaciteit. Als een boer een stalcapaciteit heeft van 100 koeien (met bijbehorende uitstoot) en nu maar 90 koeien houdt, kan de boer toch stikstofruimte voor 100 koeien verkopen. De provincies gaan in hun afspraken van 8 oktober een stap verder: zij gaan uit van het feitelijke aantal koeien, in dit geval dus 90. De boer verliest in de regels van de provincie dus een deel van de stikstofruimte - en daarmee geld. De stikstofuitstoot moet bij 'extern salderen', dat wil zeggen als een bedrijf wordt verkocht, omlaag. Ook van Schouten. Een nieuwe partij kan volgens de minister 70 procent van de oude stikstofruimte overnemen. Provincies berekenen die dus minder gunstig dan in het voorstel van Schouten. Ook komen dier- en fosfaatrechten te vervallen. Dat laatste maakt voor een bouwbedrijf misschien niet uit. Maar voor boeren wel. Want boerderij A kan dan wel 70 procent van de stikstofrechten van boerderij B kopen, maar dan worden tegelijkertijd de dierrechten van boerderij B ingenomen. Dierrechten zijn nodig om varkens, kippen of koeien te mogen houden. Door het innemen van dierrechten bij de verkoop van stikstofrechten kunnen er dus minder dieren in het land worden gehouden. En als een boer op zijn erf een extra stal wil plaatsen, mag dat alleen als hij in de nieuwe situatie niet meer uitstoot dan daarvoor ('interne saldering'). Ook niet als er volgens de vergunning nog stikstofruimte 'over' is. Echte reductie De strengere regels zijn volgens de provincies nodig om ze juridisch houdbaar te maken, en daadwerkelijk een uitstootreductie te realiseren. De Raad van State oordeelde eerder dat de stikstofaanpak juridisch niet deugde. Boeren voelen zich nu benadeeld. Vrijdag gingen boze agrariërs al verhaal halen bij het provinciehuis in Leeuwarden. De provincie Friesland besloot enkele uren later de beleidsregels voor salderen in te trekken; inmiddels hebben ook Drenthe, Gelderland en Overijssel dat gedaan. De keerzijde daarvan is dat er in deze provincies voorlopig geen vergunningen afgegeven kunnen worden. En de vraag is hoe de overige provinciebesturen omgaan met de druk van de boeren.

Nieuwsgrazer

De beste boeren staan aan wal

Hebben de trefwoorden landbouw , onderdeel , varkens , verkoop , druk , kopen , stal , koeien , kippen , erf , friesland , stikstof , boerderij , dieren , uitstoot , boer , dierrechten , salderen , saldo , tweede kamer , regels , overijssel , fosfaatrechten , gelderland en drenthe geen geheimen voor jou? Dan kunnen we jouw kennis en inzicht goed gebruiken! Of je nu actief bijdraagt door foto's, video's, topics of reacties te plaatsen, of je zorgt er middels de stemknoppen voor dat de beste reactie naar boven borrelt.. Jouw kennis en inzicht m.b.t. de agrarische sector kunnen deze site nét dat beetje beter maken. Maak ook een (gratis) account aan!