Emmeloord - "NOP is te warm voor pootaardappelteelt"

Noordoostpolder wordt eigenlijk te warm voor de teelt van pootaardappelen. "We zouden liever een ouderwets Nederlands klimaat hebben met strenge winters, zodat de achtergebleven knollen kapot vriezen. Maar dat is allemaal niet meer vanzelfsprekend."

Dat zegt directeur Peter Ton van het Emmeloordse aardappelhandelshuis STET, dat dit jaar zijn vijftigste verjaardag viert. Ton was te gast in Het Gesprek.

Daarin zegt hij dat STET voor de pootaardappelteelt uitwijkt naar Noord-Europa, zoals Denemarken en Schotland.

Van de vijftig jaar zit Ton al 35 jaar bij STET. Hij vindt het nog steeds mooi: "Ik ben boerenzoon en kan met iets wezenlijks bezig zijn. En de pootaardappelsector is internationaal. Wij exporteren naar zeventig landen ter wereld. Leuk en dynamisch." STET verhandelt zelf jaarlijks tachtigduizend ton. En door derden eenzelfde hoeveelheid.

Die zeventig landen hebben ieder hun eigen klimaat. Daarvoor zijn verschillende aardappelsoorten nodig. Ton: "En elk land verwerkt de aardappelen weer op z'n eigen manier: vers op de markt of in producten."

Nieuwe aardappelrassen
Daarnaast ontwikkelt STET nieuwe rassen. Daarbij gaat het niet om de vraag of zo'n nieuwe pieper ook lekker is. "Het gaat om de bestemming: friet, meel of andere producten. We kijken ook naar de ecologische voetafdruk. We focussen op rassen die minder chemische bestrijdingsmiddelen nodig hebben of met minder water toe kunnen. Daarbij kijken we ook naar een droog en warm klimaat." Een nieuw ras ontwikkelen kost al gauw zo'n tien tot vijftien jaar voordat het op de markt kan. "De aardappel laat zich lastig veredelen'', weet Ton. ''Daarom hebben we over de hele wereld proefvelden om de nieuwe rassen te testen. Het is een kwestie van selecteren en nog eens selecteren."

Eet de jeugd nog piepers? Peter Ton: "Dat ligt aan de vorm. Chips en frites wel. En er komen steeds meer voorbewerkte producten met aardappelen op de markt. Maar er is ook een trend naar vers. Dan is de aardappel een fantastisch product."

Emmeloord - "NOP is te warm voor pootaardappelteelt" (omroepflevoland.nl)

Noordoostpolder wordt eigenlijk te warm voor de teelt van pootaardappelen. "We zouden liever een ouderwets Nederlands klimaat hebben met strenge winters, zodat de achtergebleven knollen kapot vriezen. Maar dat is allemaal niet meer vanzelfsprekend." Dat zegt directeur Peter Ton van het Emmeloordse aardappelhandelshuis STET, dat dit jaar zijn vijftigste verjaardag viert. Ton was te gast in Het Gesprek. Daarin zegt hij dat STET voor de pootaardappelteelt uitwijkt naar Noord-Europa, zoals Denemarken en Schotland. Van de vijftig jaar zit Ton al 35 jaar bij STET. Hij vindt het nog steeds mooi: "Ik ben boerenzoon en kan met iets wezenlijks bezig zijn. En de pootaardappelsector is internationaal. Wij exporteren naar zeventig landen ter wereld. Leuk en dynamisch." STET verhandelt zelf jaarlijks tachtigduizend ton. En door derden eenzelfde hoeveelheid. Die zeventig landen hebben ieder hun eigen klimaat. Daarvoor zijn verschillende aardappelsoorten nodig. Ton: "En elk land verwerkt de aardappelen weer op z'n eigen manier: vers op de markt of in producten." Nieuwe aardappelrassen Daarnaast ontwikkelt STET nieuwe rassen. Daarbij gaat het niet om de vraag of zo'n nieuwe pieper ook lekker is. "Het gaat om de bestemming: friet, meel of andere producten. We kijken ook naar de ecologische voetafdruk. We focussen op rassen die minder chemische bestrijdingsmiddelen nodig hebben of met minder water toe kunnen. Daarbij kijken we ook naar een droog en warm klimaat." Een nieuw ras ontwikkelen kost al gauw zo'n tien tot vijftien jaar voordat het op de markt kan. "De aardappel laat zich lastig veredelen'', weet Ton. ''Daarom hebben we over de hele wereld proefvelden om de nieuwe rassen te testen. Het is een kwestie van selecteren en nog eens selecteren." Eet de jeugd nog piepers? Peter Ton: "Dat ligt aan de vorm. Chips en frites wel. En er komen steeds meer voorbewerkte producten met aardappelen op de markt. Maar er is ook een trend naar vers. Dan is de aardappel een fantastisch product."