Onderzoek: mogelijk andere bron voor glyfosaat in water

De aanwezigheid van glyfosaat en de afbraakstof AMPA in Europees oppervlaktewater laat zich niet alleen verklaren door het gebruik van onkruidbestrijders. Dat stellen Duitse onderzoekers in een artikel dat is gepubliceerd op Research Square. Het artikel is niet peer-reviewed. Dat betekent dat er geen toets is geweest van de publicatie door andere wetenschappers, die niet bij het onderzoek betrokken waren, maar er wel deskundig op zijn. De auteurs van het onderzoek zijn werkzaam voor de Eberhard Karls Universität Tübingen en het Zweckverband Landeswasserversorgung. De onderzoekers hebben gekeken naar meetgegevens van glyfosaat en AMPA in oppervlaktewater. Ze komen tot de conclusie dat de gemeten waarden niet in lijn zijn met het seizoensgebonden gebruik van glyfosaat als gewasbeschermingsmiddel. In de Verenigde Staten is er wel een duidelijk verband zichtbaar tussen de gemeten glyfosaatwaarden en het gebruik van glyfosaat in de landbouw. Stoffen in Europese wasmiddelen De onderzoekers veronderstellen dat er nog een andere bron is voor glyfosaat in Europese rivieren. Mogelijk ontstaat glyfosaat en AMPA door stoffen die in Europese wasmiddelen voorkomen, maar niet in Amerikaanse wasmiddelen worden gebruikt, aldus de auteurs. “Alle gegevens wijzen duidelijk op de aanwezigheid van een nog onbekende, maar belangrijke stedelijke bron voor glyfosaat in Europa, die niet verband houdt met de toepassing van herbiciden, maar eerder met afvalwater”, schrijven de auteurs. Zij geven onder meer aan dat uit onderzoek is gebleken dat glyfosaat en AMPA ook (veel) worden aangetroffen in rioolwaterzuiveringsinstallaties, waar vooral huishoudelijk afvalwater wordt verwerkt. Die hoge waarden van glyfosaat en AMPA kunnen niet worden verklaard door stedelijk gebruik van glyfosaat, aldus de onderzoekers. De onderzoekers constateren dat beperkingen van het gebruik van glyfosaat of zelfs een verbod (Luxemburg), geen duidelijke veranderingen laten zien in de gevonden gehalten aan glyfosaat of AMPA in oppervlaktewater.

Opening onderzoekscentrum sensoren voor meten stalemissies melkvee

Persbericht Op 8 december aanstaande wordt het landelijk onderzoekscentrum voor het meten van stalemissies met sensoren geopend. De onderzoekslocaties voor melkvee, varkens en pluimvee hebben als doel continue (sensor)meetsystemen in de praktijk te beproeven en waar mogelijk met de fabrikanten door te ontwikkelen.. De ontwikkeling van dit soort continue (sensor)meetsystemen is een belangrijke stap om het beleid te verschuiven van maatregel-gestuurd naar doel-gestuurd. Bij de opening zullen onder andere Jan-Kees Goet, Secretaris-Generaal van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Harold Zoet, gedeputeerde van Provincie Gelderland en John Koeleman, voorzitter van Vruchtbare Kringloop Oost (VK Oost), de nieuwe meetsystemen officieel activeren. De nieuwe onderzoekslocatie voor melkvee wordt ingericht op Agro-innovatiecentrum De Marke. Zowel de veehouderijsector als Nederlandse overheden streven naar een verschuiving van vergunningenbeleid op basis van maatregelen en vaste emissiefactoren, naar beleid dat emissiedoelen op bedrijfsniveau voorschrijft. Voor de realisatie van zo'n verschuiving moeten veehouders nauwkeurig inzicht krijgen in de uitstoot. Wageningen Livestock Research richt daarom drie landelijke onderzoekslocaties in: één voor melkvee op De Marke, één voor varkens bij De Hoeve Innovatie in Valkenswaard en één voor pluimvee bij pluimveehouder Verbeek in Woudenberg. De sensoronderzoekscentra worden gefinancierd vanuit het Ministerie van LNV. De onderzoekslocatie voor melkvee zal zich vestigen op Agro-innovatiecentrum De Marke van Wageningen University & Research. Op deze locatie staat het monitoren van de nutriëntenkringloop van melkvee al 30 jaar centraal. “Daarnaast zijn wij al vijf jaar bezig met het doorlopend meten van de emissies in onze stal. Vanaf december zullen wij ons hier ook gaan richten op het beproeven van nieuwe en verbeterde meetsystemen met sensoren,” aldus Fleur Brinke, manager van Agro-innovatiecentrum De Marke. De nieuwe meetsystemen zullen op 8 december 2023 officieel in werking worden gesteld door Jan-Kees Goet, Secretaris-Generaal van het ministerie van LNV. Daarnaast zullen Harold Zoet, gedeputeerde van Provincie Gelderland en John Koeleman, voorzitter van VK Oost hun visie over het belang van doelsturing en continu meten delen. De ochtend wordt afgesloten met een rondleiding en toelichting door verschillende (meet-)experts op het terrein van stalemissies, waarbij zij de nieuwste meetapparatuur en -methoden presenteren.

Gaat Adema aansturen op een abrupt einde van de derogatie?

Gaat Adema aansturen op een abrupt einde van de derogatie per 1 Jan 24? In de Derogatiebeschikking staat dat Nederland voor 1 Jan 24 de begrenzingen van de nutriënten verontreinigde gebieden definitief aan moet wijzen. Voor 2023 waren ze voorlopig aangewezen. Op 23 januari 23 stuurde Adema voor het laatst een Kamerbrief over dit onderwerp. In de Kamerbrief werd verwezen naar het spoed advies van het CDM van 16 Jan 23. In de screenshot de inleiding van dat advies. De Derogatiebeschikking gaat over de Nitraatrichtlijn. Het spoed advies wordt de KRW aangehaald en de onderbouwing rammelt. Een voorwaarde om binnen de NV gebieden te vallen is dat 19 % van de gevonden nutriënten landbouw gerelateerd moet wezen . CDM kan dat niet onderbouwen valt te lezen. Nu laat Adema de termijnen verstrijken. Voor een invoering met wettelijke bezwaar en beroep procedure was gisteren de deadline.....en ook op de agenda 's van de commissie vergaderingen landbouw en visserij de komende maand komt dit dossier niet aan de orde. Adema stuurt aan op een crash derogatie omdat als de begrenzing niet is vastgesteld op 1 Jan 24 de EU commissaris onmiddellijk de beschikking intrekt en we allemaal volgend jaar al aan de 170 norm zitten.

Verenigd Links en CRV/ Duursma -GL PvdA

De coöperatieve vereniging CRV heeft Wietse Duursma sinds 2021 als voorzitter. We kennen elkaar niet, maar Wietse, je bent ook mijn voorzitter als lid van CRV. Onlangs , 3 oktober 23, werd er door LTO Noord een gesprek gehouden met Groen Links PvdA met een aantal leden, zo ook met Wietse. https://www.ltonoord.nl/regios-en-provincies/regio-noord/groningen/actueel/wietse-duursma-met-frans-timmermans-in-gesprek-over-gangbare-landbouw-in-groningen. Verenigd Links gebruikt dit gesprek en opnames van Timmermans en Duursma voor de reclame promo in reclame blokken. En dat is niet zomaar, de Duursma 's zijn PvdA aanhanger/raadslid. Nu mag ieder een vrije politieke voorkeur hebben. Maar door de keuze van Verenigd Links om de erf en schenkbelasting te verhogen naar 45 % komt Duursma nu wel in een heel ongemakkelijke positie. Een erf en schenkbelasting van 45 % zorgt er voor dat er na 1 generatie nergens meer een gezinsbedrijf is in Nederland. Ook niet in de landbouw, of beter gezegd , zeker niet in de landbouw. Wietse, je bent voorzitter van CRV, ook mijn voorzitter. CRV, die na de fusie van NRS en Holland Genetics de coöperatieve belangen verkwanseld heeft voor de bv CRV. Waar het verdienmodel verschoof van fokkerij vooruitgang voor de leden naar data handel voor de bestuurders met medewerking van RVO I en R data base. Wietse, nog drie dagen voor de verkiezingen , je hoopte dat de gevolgen van reclame promo wel over waaide. De aanval op het boeren gezinsbedrijf vanuit jouw en je partner geliefde partij zorgt er voor dat ik morgen een keuze moet maken. Mijn gezinsbedrijf of CRV. Of misschien moet Duursma zelf maar een keuze maken morgen. En om maar met de Groen Links PvdA leus te eindigen: Nederland weer vooruit. Samen kan het! En tegen de melkveehouders zou ik zeggen, maak je dezelfde afweging als ik? Samen kan het!

Stikstof depositiebeleid verlaten voor emissiebeleid: quick win of quick big loss?

[b]Persbericht Stikstofclaim.[/b] Het afgelopen jaar hoor je steeds vaker de roep om te stoppen met het huidige stikstofdepositiebeleid en over te stappen op stikstofemissie beleid. Met dit opstel geeft het bestuur van de Stichting Stikstof Claim weer wat daarvan de gevolgen (kunnen) zijn. De huidige, op depositiebeleid ingerichte wetgeving, kent veel onvolkomenheden en politiek, belangenbehartigers en wethandhavers lopen op allerlei punten vast in de uitvoerbaarheid van de regelgeving. De onzekere positie van PAS-melders en interimmers, maar ook de gevolgen voor andere maatschappelijke activiteiten als een simpel evenement in de buitenlucht op het platteland, worden “plots” door overijverige ambtenaren en bange bestuurders (wethouders/gedeputeerden) tegen gehouden. De roep om een alternatief is dan ook te verwachten want de huidige minister van Natuur en Stikstof is niet in staat om een perspectief te schetsen dat er op afzienbare tijd acceptabele oplossingen komen voor de huidige knelpunten. Sterker nog, er komen steeds meer aanvullende beperkingen die oplossingen verder vertragen of zelfs onmogelijk lijken te maken. En ja, ze lacht er ook nog bij. Maar is de roep om stikstofemissie beleid dan “The Silver Bullit” waardoor we alle ellende achter ons kunnen laten? Volgens Stichting Stikstof Claim is dat zeer zeker niet het geval. Sterker nog, de zogenaamde oplossing is erger dan de kwaal. [b]We zetten de argumenten op een rij: Huidige vergunninghouders[/b] De bedrijven die momenteel over een NB vergunning beschikken hebben bij het huidige beleid een nagenoeg niet aan te tasten rechtszekerheid. Helemaal sinds het onderzoek van de UvA waarbij de emissie van een bedrijf tot op vrij geringe afstand tot het bedrijf van ongeveer 300 meter tot max. 500 meter is te herleiden tot dat bedrijf. Hierdoor is de mogelijkheid voor de Staat of een lagere overheid om een bedrijf te onteigenen, met als reden de stikstofdepositie op natuur, wetenschappelijk/juridisch nagenoeg onmogelijk geworden. Immers er is maar een beperkt aantal bedrijven dat binnen 500 meter van een stikstofgevoelig hexagoon liggen. [b]PAS-melders[/b] PAS-melders zitten momenteel in onzekerheid omdat hun PAS-melding rechteloos is geworden op 29 mei 2019. Echter, in de huidige WSN staat (dankzij Roelof Bisschop/Hans Maljaars SGP) dat de overheid wettelijk verplicht is de PAS-melders 3 jaar na intreding van de WSN te legaliseren. Van die 3 jaar zijn inmiddels 21 maanden verstreken. Over 15 maanden zijn de PAS-melders óf gelegaliseerd óf ze kunnen met succes een beroep doen op handhaving van de wet en de overheid via de rechter dwingen te legaliseren. Echter, eerder al zijn hiervoor oplossingen binnen de huidige wet. [b]Interimmers[/b] Deze lijken nu buiten de boot te vallen maar ook hiervoor zijn oplossingen binnen de huidige wet. De oplossingen worden beschreven aan het einde van dit betoog/opstel. Waarom is emissiebeleid zo een groot risico?. Bij de overstap naar emissiebeleid komt er een nieuw referentiepunt. Los van de vraag of je de huidige vergunningen juridisch kunt intrekken en inruilen voor een emissie referentie komt meteen de vraag: “wat is het referentiepunt?” Is dat de huidige vergunning met latente ruimte of de huidige vergunning zonder latente ruimte?. Zijn het de gerealiseerde dierplaatsen die de referentie vormgeven of is het gemiddelde aantal gehouden dieren geregistreerd bij RVO de laatste 3 jaar de referentie? De politiek kan er voor kiezen om bij de overstap naar emissiebeleid een generieke korting te doen over alle bedrijven bij ingang van het nieuwe beleid. Onze inschatting is dat de politiek die kans niet laat lopen. Een dergelijke korting kan 10% tot 12% bedragen. Momenteel is na de invoering van varkensrechten en fosfaatwetgeving geen ander instrument waarmee de politiek tot een generieke korting kan komen. Uitzondering daarop is een convenant met sectorpartijen waarbij landbouworganisaties zelf hun achterban een stukje de afgrond inschuiven. Ook kan de politiek er voor kiezen de rechten voor een beperkte periode uit te geven en na bijvoorbeeld 10 jaar deze in te trekken, te herzien of aan nieuwe voorwaarden te laten voldoen (zoals in België). Emissie van stikstof meten, zelfs realtime meten, zien we hier en daar verschijnen als aangedragen oplossing. Ammoniak emissies zijn met enige inzet en kosten meetbaar in stallen waar alle lucht centraal via een debietmeter gaat met ammoniakconcentratie meting en ook als het centraal de stal verlaat via 1 of 2 buizen met daarin ook debietmeters, die de m3 verplaatste lucht meten, en een ammoniakconcentratiemeter. Echter juridisch houdbaar zijn deze oplossingen nog niet gebleken. In open ligboxenstallen en stallen voor pluimvee en varkens met uitloop zijn emissie metingen niet nauwkeurig te doen behoudens daar waar zich binnen 300 meter geen andere stallen bevinden die de metingen kunnen beïnvloeden. Verder zijn er dan nog steeds grote onnauwkeurigheden in de metingen tussen de 30% en 60% dus ook niet houdbaar bij de rechter. Ook het berekenen van stikstof emissies per bedrijf kent de nodige onnauwkeurigheden waardoor de juridische houdbaarheid onzeker is. [b]Aarhus[/b] Het grootste risico bij de invoering van emissiebeleid en dus het uitgeven van stikstofemissie rechten is het verdrag van Aarhus. Volgens dat verdrag moet iedere burger van een lidstaat de mogelijkheid worden gegeven een zienswijze in te dienen bij projecten waarbij het milieu in het geding is. Reken maar dat Mobilisation van Johan Vollenbroek met of zonder medewerking van Volkert van der Graaf en een koppel links georiënteerde vrienden zich zal voorbereiden om voor alle veehouderijbedrijven een veelheid aan zienswijzen te gaan organiseren. [b]EU[/b] De huidige WSN en het beleid inzake uitvoering van de habitat richtlijn is voorgelegd en goedgekeurd in Brussel. Een nieuwe beleidsrichting zal niet binnen heel korte tijd goedkeuring van Brussel krijgen, daar gaat al snel een jaar of anderhalf over heen. [b]Tijd[/b] Dan is er nog een vrij funest bezwaar tegen de overstap van depositie naar emissie beleid en dat is tijd. Bij het huidige depositiebeleid is, zonder al te veel tijdrovende procedures, vrij snel tot positieve aanpassingen te komen omdat we vanwege de vele juridische procedures de afgelopen negen jaar vrij aardig weten aan welke knoppen we dienen te draaien. Overgaan op emissie beleid vraagt qua uitwerking en invulling in Nederlandse regelgeving op provinciaal en gemeentelijk niveau minimaal 2 jaar. Als de overstap wordt gemaakt van stikstofdepositiebeleid naar stikstofemissiebeleid is de wetgeving en de uitvoering pas echt hard als deze tot de hoogste rechter doormiddel van concrete rechtszaken is beproefd. Dus de onzekerheid voor ondernemingen of ze wel of niet over een harde vergunning beschikken bij emissiebeleid gaat vele jaren en tientallen uitspraken van de rechter duren. Jaren die we inmiddels bij het huidige stikstofdepositiebeleid achter de rug hebben en waarbij bijvoorbeeld de uitspraak over het Porthos project weer mogelijkheden heeft gebracht, ook voor andere bedrijven. Overstappen naar stikstofemissie beleid is dus geen risicoloze quickwin maar eerder een zeer risicovolle big loss. Bovenstaande overwegingen zijn voor Stichting Stikstof Claim redenen om de omissie in de huidige wetgeving te duiden en daarvoor constructieve en juridisch houdbare oplossingen aan te dragen die op redelijk korte termijn (binnen een jaar) realiseerbaar zijn. [b]Wat zijn dan die oplossingen?[/b] Voorzorgsbeginsel; ga meten. De huidige rechtspraak borduurt voort op het Europees bepaalde voorzorgsbeginsel. De rechter, tot aan de Raad van State aan toe, doet vaak de uitspraak dat niet met zekerheid is vast te stellen dat de natuur geen schade van een project zal ondervinden. Om dat te ondervangen zul je om te beginnen dus moeten weten wat de situatie in de natuur is. Wat is de toestand van de habitatten, wat is de mate van stikstofdepositie op die natuur en hoe zien de bodemanalysen van die gebieden er uit. Pas als je dat weet kun je beoordelen of 0,005 mol wel een significante bijdrage aan verslechtering gaat brengen of niet. Dus er moet weer worden gemeten in de natuurbodems iets wat tot 2011 ook gebeurde in het Trendmeetnet verzuring van het RIVM. Dit kan vrij eenvoudig op de meeste van de toenmalige locaties worden hervat en binnen een jaar heb je de eerste gegevens beschikbaar en kun je zien of er de afgelopen 12 jaar een verbetering of verslechtering heeft plaatsgevonden. Met die gegevens in de hand kun je hard maken of stikstofdepositie tot significante verslechtering gaat leiden en of de berekende depositie heeft kunnen leiden tot te hoge bodemvoorraden stikstof. De ons tot nu toe bekende onderzoeken door Stichting Agrifacts (Staf) en Agrio media laten zien dat dit op de Veluwe niet het geval is. De eerdere gegevens uit het Trendmeetnet verzuring tot 2011 geven ook geen aanleiding tot verontrusting. Naast bodemanalysen en het bemonsteren van het bovenste grondwater zal, hoe lastig het ook zal zijn, moeten worden overgegaan tot het meten van natte en droge depositie in natuurgebieden. Daarbij is herkomsttypering van die stikstofdepositie ook van belang. Immers, pas na echt depositiemeten in combinatie met bodemanalysen is een redelijke onderbouwing te geven of er ruimte is voor stikstofdepositie van een eventuele nieuwe activiteit. Het recente UvA onderzoek heeft laten zien dat stikstof vanaf een veehouderij na 500 meter niet meer meetbaar is te relateren aan die veehouderij. Stikstofdepositie in de natuur is dus maar heel beperkt te relateren aan individuele bedrijven en piekbelasters zijn nauwelijks aanwijsbaar. Onteigening op basis van stikstofdepositie op de natuur is nauwelijks mogelijk. Na het UvA onderzoek is dat wetenschappelijk en juridisch niet meer hard te maken. [b]KDW’s[/b] De Kritische Depositiewaarden worden gezien als de uiterste grens van welke stikstofdepositie nog toelaatbaar is op habitattypen. De KDW’s kennen een uitermate summiere onderbouwing die als enige drukfactor worden gehanteerd als beoordeling of het goed of slecht kan gaan met de natuur. Stikstof zal vast een drukfactor zijn voor stikstofgevoelige habitats. Echter, er zijn meer drukfactoren zoals verdroging, recreatie en slecht of onjuist beheer welke van invloed zijn op de toestand van de natuur. In Nederland wordt de toestand van de natuur geheel opgehangen aan het wel of niet overschrijden van de KDW en niet naar de daadwerkelijke toestand van de natuur. Gelukkig hebben een aantal politieke partijen ook in hun program staan dat de KDW niet de enige drukfactor is en dat er breder moet worden gekeken naar de natuur dan stikstof alleen. [b]Aerius[/b] Aerius is het rekeninstrument dat momenteel door de overheid als wettelijk instrument moet worden toegepast. Aerius kent geen validering met depositiemetingen en kalibratie is volgens de Rivm website niet mogelijk. Toch zijn er binnen Aerius (met blijvende onnauwkeurigheden) mogelijkheden om stikstofdepositie minder te overschatten dan nu het geval is. Het onderzoek van de UvA heeft hiervoor ook gegevens aangedragen. De veldemissie van ammoniak was in het 3-jarig onderzoek van UvA op twee bedrijven ongeveer 20 tot 30 kg lager dan nu in de rekenmodellen zit.Let wel dit is het meest langdurige en uitgebreide onderzoek dat de afgelopen 40 jaar is uitgevoerd en er is wereldwijd geen ander zo uitgebreid en langdurig onderzoek gedaan. Ook de droge depositie was op de bedrijven met een factor 2 tot 5 lager dan nu in de modellen zit. Daarnaast zit in de huidige modellen dat 80% van de ammoniak uit stallen naar de hogere luchtlagen gaat en 20% tot depositie in de nabije omgeving komt. Het 3-jarig UvA onderzoek stelt dat 91% van de emissie naar de hogere luchtlagen gaat en 9% van de emissie in de nabije omgeving van een stal tot depositie komt. Dat is een halvering en dan ook een zeer significante reden tot aanpassing van de modelwaarden. Bovenstaande kan het RIVM allemaal voorleggen aan het ministerie en zonder zelfs betrokkenheid van de Tweede Kamer kunnen deze aanpassingen worden gedaan. Het is een kwestie van willen. [b]Euros-Lotos[/b] Een andere mogelijkheid is om Aerius in te ruilen voor Euros Lotos. Het RIVM wil graag af van Aerius als instrument voor vergunning verlening. TNO heeft Euros Lotos beschikbaar en dat draait al in Duitsland. Sterker nog voor een aantal Nederlandse vergunningen met mogelijk grensoverschrijdende stikstofdepositie wordt nu al een Euros Lotos berekening gemaakt voor het Duitse deel. Om Euros-Lotos te gaan gebruiken zal LNV een aanpassing in de WSN moeten voorleggen aan de Tweede Kamer dat zou binnen een half jaar na de komst van een nieuwe minister moeten kunnen. [b]PAS-melders[/b] Zijn de PAS-melders te legaliseren ? Ja, dat kan. Legalisatie van de PAS-melders gaat niet leiden tot extra stikstofemissie. De huidige dieraantallen van de PAS-melders en interimmers zitten al in de huidige NEMA emissiecijfers en dus ook in Aerius. Legalisatie moet dan ook mogelijk zijn zonder aankoop van ammoniak. In de Porthos zaak heeft het ministerie van Economische Zaken een goede, uitgebreide argumentatie opgesteld waarom die activiteit van een vergunning kan worden voorzien. Dit zouden PAS-melders, in theorie, ook kunnen doen. Helaas kost dit een vermogen aan adviseurskosten. Mochten de Raad van State en de overheid van mening blijven dat voor PASmelders ammoniakrechten moeten worden aangekocht, dan is het mogelijk om, door een vrijwillige opkoopregeling voor latente ruimte (stal wel vergund, niet nog gebouwd) in werking te stellen, ammoniak rechten te verwerven. Pasmelders kunnen ook zelf ammoniakrechten kopen en deze declareren bij het LNV schadeloket. [b]Resume[/b] Al met al voldoende mogelijkheden om de onvolkomenheden binnen de huidige stikstofwetgeving op redelijk korte termijn te herstellen en juridisch houdbare vergunningen te houden en te verlenen. Het is niet een kwestie van kúnnen, maar wíllen landelijke en lagere overheden wel of geen oplossing. [b]Overstappen van stikstofdepositie beleid naar emissiebeleid is geen quick win maar heeft alles in zich om uit draaien op een big loss![/b] https://thumbs.boeren.online/groot/2023/38/7707-zwanen-in-de-herfst.jpg

Praktijk verhaal PAS melder

Bron: https://m.facebook.com/story.php?story_fbid=pfbid02G7iytYsj2LSocXdYbe2Nm58uRtMBDXAMENPjs4M62wmc4TFLPLC7UnDDWJpzGaC1l&id=100014903266068 [quote]Ik heb een heftig en verdrietig bericht : Ons melkveebedrijf Kolhorn Dairy farm staat op de nominatie om afgeschoten te worden door de overheid . - Wij zijn piekbelaster dwz te vervuilend voor de Veluwe op 25 km afstand - PAS melder dwz dat onze milieu vergunning is afgepakt omdat volgens de overheid zij deze niet hadden mogen geven 11 jaar geleden. Rechtmatig verkregen volgens alle procedures maar dat geldt dus niet meer . - PAS melder van voor 2015 dus wij komen niet meer in aanmerking voor legalisatie. Deze week een adviseur van het ministerie op bezoek gehad om uit te gaan zoeken hoe ze ons willen opkopen . Een zak met geld kunnen we misschien krijgen maar de voorwaarden zijn catastrofaal voor ons prachtige bedrijf . Het zal tot de laatste steen afgebroken moeten worden en we mogen geen boer meer zijn voor hier en in heel Europa. Het bedrijf zonder deze regeling verkopen is voor melkveehouderij ook onmogelijk omdat we illegaal zijn en piekbelaster . Geen bank financiert het voor een koper. De uitkoop regeling is op vrijwillige basis wordt met nadruk gezegd . Maar wat betekent dat als je in de hoek staat met het geweer op je gericht en je geen kant op kan ? Vrijwillig betekent in ons geval dat we mogen vragen wanneer ze de trekker overhalen. Ons bedrijf : - een van de mooiste van Nederland - op de vruchtbaarste grond van Europa in de Flevopolder - groen label gebouwd met alle vergunningen rechtmatig verkregen. - modern - duurzaam - efficiënt werken - diervriendelijk En een filmpje van ons bedrijf is meerdere malen door de koning en de koningin meegenomen naar het buitenland als voorbeeld bedrijf op basis van innovatie , efficiëntie, duurzaamheid en diervriendelijkheid . Nu wil deze zelfde overheid ons bedrijf met een pennenstreek wegvagen en ons als veehouders de strop echt aan gaan trekken. Wij zijn er kapot van en weten op dit moment niet meer wat we moeten doen [/quote]

LTO eist ingrijpen minister na aanval wolf op mens

Een Drentse schapenhouder is vanmorgen gewond geraakt toen hij zijn vee wilde beschermen tegen een aanval door een wolf. LTO is geschokt door het incident en ziet hiermee uitkomen waarvoor de organisatie al maandenlang op landelijk en Europees niveau heeft gewaarschuwd. Volgens LTO Noord-voorzitter Dirk Bruins moet de overheid direct ingrijpen om meer incidenten te voorkomen. Voorzitter Bruins bezocht de gewonde schapenhouder: “We hebben direct contact gehad en het is schokkend wat hem is overkomen. Nadat hij om zeven uur vreemd geluid hoorde uit zijn weiland is hij meteen gaan kijken en vond hij meerdere dode dieren. Tot zijn verbazing kwam ineens een wolf tussen de zonnepanelen vandaan, die allesbehalve schuw was. Om zichzelf, zijn toegesnelde gezin en nog levende dieren te beschermen heeft hij geprobeerd de wolf te verjagen, maar helaas liep hij daarbij ernstige verwondingen op aan zijn arm.” De gewonde schapenhouder is in het ziekenhuis behandeld, maar dat had nog behoorlijk wat voeten in de aarde. “Direct nadat de wolf werd opgemerkt heeft de schapenhouder de politie gebeld, maar die zeiden dat ze niks konden doen. Er is geadviseerd het hek open te zetten, maar dat had ervoor gezorgd dat de wolf bij het woonhuis was gekomen,” vertelt Bruins. Toen de wolf vervolgens de schapenhouder aanviel kwam de politie wel in actie. “De onduidelijkheid en onmacht om te kunnen handelen is zeer zorgwekkend en roept ernstige vragen op over de veiligheid van onze agrarische gemeenschap. Het is van cruciaal belang dat er direct gehoor wordt gegeven aan meldingen van dergelijke incidenten, om verdere schade en leed te voorkomen.” Uiteindelijk is na tussenkomst van de burgemeester actie ondernemen en is de wolf afgeschoten. LTO ondersteunt deze handelswijze door het gemeentebestuur. Bruins pleit ook voor meer kennis in ziekenhuizen over wolvenbeten. “De getroffen schapenhouder is in het ziekenhuis goed behandeld, maar daar bleek aanvankelijk dat men niet wist hoe met wolvenbeten moest worden omgegaan. Dat mag nooit meer voorkomen. Ik pleit daarom om meer kennis over wolvenbeten en de gevolgen ervan.” LTO eist gesprek met de minister LTO wil deze week nog met demissionair minister Van der Wal om tafel over dit ernstige voorval door tekortschietend faunabeleid. “Het is onacceptabel dat boeren niet de nodige bescherming krijgen tegen roofdieren zoals de wolf, die aanzienlijke schade aanrichten aan vee en nu zelfs mensen in gevaar brengen. Politieke regeltjes mogen niet ten koste gaan van de veiligheid en het welzijn van onze boeren. Deze schapenhouder had alles gedaan wat hij kon. Hoe de wolf toch door het goedgekeurde wolvenraster is gekomen moet worden onderzocht,” stelt Bruins. “Het geeft aan dat er dringend behoefte is aan doeltreffend wolvenbeheer. Wij zijn ervan overtuigd dat een evenwichtige aanpak mogelijk is, maar blijven waarschuwen voor wolven in dichtbevolkt gebied. Op enkele locaties na is Nederland ongeschikt als leefgebied. Op nationaal en internationaal niveau zullen we ons blijven inzetten voor een realistisch beleid op de wolf.”

Hoe oa Zuivelnl bijdraagt aan krimp 1000den melkveebedrijven

Gisteren kwam middels een kamerbrief het langverwachte onderzoek naar buiten over de werking emissie arme huisvesting. Dit gaat grote gevolgen hebben voor vele bedrijven. Ik had nog een belofte in te lossen van gisteren. https://www.prikkebord.nl/topic/310573/#p2150880 Onder invloed van wetgeving is de sector al jaren bezig met emissie reductie via huisvesting. Industrie investeerde in technieken om aan die behoefte te voldoen. Er werd een idee bedacht, op basis van een berekende emissie per dierplaats werd er een proefstalstatus bij ministerie van I en W aangevraagd. I en W had een protocol op gesteld hoe stalsystemen een definitieve status konden krijgen. Middels een protocol moest de industrie metingen laten uitvoeren. I en W verantwoordelijk voor het protocol en de definitieve registratie maar niet voor de metingen. Meten van ammoniak in een open rundveestal is bijna ondoenlijk. Invloeden van buitenaf beïnvloeden de resultaten. Om een voorbeeld te geven, de gangbare emissie factor is ontstaan op het voormalige IMAG in Duiven. 15 droge koeien werden gehouden in een gasdichte bunker waarbij alle input en output gemeten werd. Dus meten in een open stal is nogal een issue. De definitieve erkenning met de meetresultaten werden opgenomen in de RAV lijst. Zonder een waarde oordeel er aan te vellen, zien we dat industrie systemen gingen produceren op basis van licentie en de licenties onder gebracht werden bij lege BV's Van begin af aan was er twijfel over de behaalde reductie. Een CDM rapport uit 2021 wakkerde dat aan. Vooral in de pluimvee en varkenshouderij werd op basis van een mineralen balans een enorm stikstofgat geconstateerd. Tegelijkertijd deed het CBS een niet wetenschappelijke data studie op basis van de verhouding N en P in mestmonster van diverse stalsystemen. Deze laatste twee onderzoeken worden veel in rechtszaken de door de MOB aangehaald om nieuwe projecten met emissie arme technieken onderuit te halen. WUR wilde in 2021/2022 de data studie van CBS valideren. Zij deden een data verzoek bij het bestuur van Zuivelnl om de KLW data base te gebruiken. Het benoemde bestuur van Zuivelnl (die geen verantwoording schuldig is aan de melkveehouders) besloot de database van de KLW te delen. Het resultaat had ik in concept in april hier al geplaatst en de minister gisteren middels de kamerbrief. Conclusie, de N/P methode is valide en de resultaten hebben inmiddels een wetenschappelijke significantie. De minister zegt nu dat dit geen gevolgen heeft voor bestaande stallen. Dat is onzin. Elke (onherroepelijke) vergunning waar de emissie arme huisvesting in opgenomen is, is vogelvrij en kan door de MOB met succes aangevochten worden op basis van een arrest nov 22. Directe gevolgen: Bedrijven die een nieuwe vergunning (moeten, IOV NB) aanvragen hebben direct problemen met hun al bestaande emissie arme huisvesting. Indirectie gevolgen: Onherroepelijke vergunningen met emissie arme huisvesting vogelvrij. En met de wetenschap van licenties in lege BV's en de grote risico's voor vergunningen had het benoemde bestuur zonder toestemming van de boer nooit deze data mogen delen!!!!! En zo kom ik bij mijn stelling: Zuivelnl en MOB hebben 1 ding gemeen, de ene onbedoeld, de ander bewust, maar ze dragen beide bij aan forse krimp in de melkveehouderij. En waar zit de verantwoordelijkheid in dit debacle? Procotolhouder I en W? Licentiehouders met lege BV's? Domme bestuurders? Misschien is het wat voor het benoemde bestuur van Zuivelnl om hun geweten schoon te poetsen en dat ze een bodemprocedure starten door de schade van de disproportionele last te verhalen...........

Grij


Foto's
0
Video's
0
Topics
0
Reacties
0
Stemmen
14
Volgers

Over mij

Leeftijd: 63jr
Laatst op Boeren.online: onbekend geleden
Laatst op Prikkebord: 1d geleden
Laatst op TractorFan: 10mnd geleden

Bedrijven

Ervaring

Ik heb ervaring met de volgende machines:

Merk / type Waardering